Dit deel van de Nederlanders vertrouwt peilingen rond Tweede Kamerverkiezingen niet

In dit artikel:

De laatste weken verschijnen bijna wekelijks nieuwe peilingen van onder meer EenVandaag, Maurice de Hond en Ipsos I&O, maar niet iedereen gelooft die cijfers. Uit recent onderzoek van Qlik blijkt dat 35 procent van de Nederlanders weinig vertrouwen heeft in politieke peilingen voor de Tweede Kamer. Een belangrijke verklaring is onduidelijkheid over de herkomst van de data; veel respondenten geven aan niet benaderd te zijn voor zulke onderzoeken en weten vaak niet waar nieuwsgetallen vandaan komen (21%) of waar ze betrouwbare verkiezingsinformatie moeten zoeken (15%).

Die onzekerheid vertaalt zich in stemgedrag: meer dan de helft van de kiezers zegt zich bij de uiteindelijke keuze vooral door gevoel te laten leiden in plaats van door cijfers. Dat geldt sterker onder ouderen: 60% van 55-plussers en 56% van 35–54-jarigen stemt op gevoel, terwijl 43% van 18–34-jarigen dat doet. Tegelijk blijven digitale hulpmiddelen populair; 28% gebruikt een stemwijzer, vooral jongeren. Sommige kiezers proberen AI in te schakelen bij hun keuze, maar dat wordt door deskundigen niet zonder meer aanbevolen.

Sociale media beïnvloeden ook stemmen, maar minder dan traditionele partijcampagnes voor de meeste groepen: 11% noemt sociale media bepalender, met 22% onder jongeren, 10% bij 35–54-jarigen en 8% bij 55-plussers. De studie illustreert dat gebrek aan transparantie en begrip over peilmethodes het vertrouwen en dus mogelijk de voorspelbaarheid van verkiezingen ondermijnt.