Goed nieuws voor dieren: eikels en beukennootjes vallen dit jaar veel eerder

In dit artikel:

Wageningen University & Research (Natuurkalender) meldt dat bomen dit jaar veel eerder en massaler hun vruchten laten vallen doordat de lente en zomer uitzonderlijk warm waren. Bioloog Arnold van Vliet zegt dat het groeiseizoen dit jaar de op één na warmste registratie is (alleen 2018 was iets warmer), waardoor eikels en beukennootjes weken eerder rijpten en nu in grote aantallen op de bosbodem liggen.

Voor wilde dieren biedt dit een belangrijke voedselbron: wilde zwijnen, eekhoorns en tal van vogels vinden zo genoeg reserves voor de winter. Een overvloed aan mast kan bovendien het zoeken naar wortels door zwijnen verminderen, waardoor schade aan de natuur afneemt. Opmerkelijk is dat de recente droogte nauwelijks invloed lijkt te hebben gehad op de massa­vruchtzetting, terwijl droge jaren doorgaans minder opbrengst geven.

Regionaal zijn de verschillen groot: op de Veluwe wordt dit jaar naar schatting 5,4 miljoen kilo eikels en beukennootjes verwacht, tegen een gemiddeld jaar van 3,1 miljoen kilo, maar nog ver verwijderd van het record van circa 10 miljoen kilo in 2000. Onderzoekers benadrukken dat de temperatuur van maart tot augustus voor meer dan 80% bepaalt wanneer bomen hun vruchten loslaten — een duidelijk voorbeeld van de nauwe koppeling tussen klimaat en natuur. Met de herfst begonnen betekent dit zowel extra voedsel voor dieren als een reden voor wandelaars om het bos te bezoeken.