Michael krijgt plasma én wacht op een donornier: 'Baan bij de politie ben ik kwijtgeraakt'

zaterdag, 30 augustus 2025 (12:08) - Metro

In dit artikel:

Michael Mannaert (59) doneerde jarenlang plasma zelf, totdat complicaties na een operatie hem dat onmogelijk maakten. Ironisch genoeg werd hij later zelf gered door plasmatransfusies: vanwege een combinatie van aandoeningen kreeg hij levensreddende plasma‑behandelingen toen zijn bloedwaarden vorig jaar acuut gevaarlijk laag waren. Dat maakte hem nog dankbaarder voor plasmadonoren.

Bij uitgebreid onderzoek bleek Michael te lijden aan CIPD (chronische ontstekingsproces aan de periferie van de zenuwen; vaak aangeduid als CIDP). Die aandoening tast de buitenste laag van de zenuwen aan en veroorzaakt hevige neuropathische pijn en verzwakking. Geneesbaar is het niet, maar met plasma‑gebaseerde medicijnen — zoals intraveneuze immunoglobulines — kan de aandoening worden onderdrukt. Michael kreeg aanvankelijk maandelijks ziekenhuisopnames voor infusionstherapieën; sinds vorig jaar gebruikt hij een nieuw middel met kunstmatig plasma dat hij thuis zelf kan toedienen. Dat geeft hem meer bewegingsvrijheid, al draagt hij een EpiPen mee vanwege de kans op allergische reacties.

De ziekte heeft ook grote invloed op zijn werk en leven. Michael verloor zijn baan bij de politie (meldkamer en achtergrondonderzoek) door de combinatie van veel behandelingen en revalidatie na een eerdere gedeeltelijke dwarslaesie. Daarnaast is hij sinds een jaar chronisch nierpatiënt, wat zijn energie en mogelijkheden verder beperkt. Vrijwilligerswerk als coördinator op festivals en de wens om te reizen — bijvoorbeeld naar Patagonië, een jeugddroom — geven hem voldoening en helpen het sociale contact terug te vinden.

Michael benadrukt het persoonlijke en maatschappelijke belang van plasmadonaties. Omdat hij zelf afhankelijk is van plasmageneesmiddelen, spreekt hij regelmatig mensen aan die twijfelen over doneren en probeert hij hen over de streep te trekken.

Cijfers van Sanquin onderstrepen de afhankelijkheid: in Nederland zijn er ongeveer 437.000 donors (circa 330.000 bloeddonors en 107.000 plasmadonors). Plasmageneesmiddelen zijn jaarlijks voor ongeveer 25.000 patiënten in Nederland van wezenlijk belang — bijvoorbeeld bij spierziekten en afweerstoornissen. De vraag naar plasma stijgt wereldwijd met ongeveer 7% per jaar; in Nederland is de groei circa 3,5%. Europa verzamelt naar schatting 15% van de benodigde plasma maar verbruikt ongeveer 25%, waardoor import noodzakelijk blijft. Ter illustratie: één liter transfusieplasma (OctaplasLG) kost volgens het Farmacotherapeutisch Kompas ruim €1.000 (incl. btw).

Kortom: Michaels verhaal illustreert zowel de levensreddende rol van plasmadonoren als de bredere afhankelijkheid van plasmageneesmiddelen in de gezondheidszorg, en laat zien hoe nieuwe thuisbehandelingsopties hem meer autonomie teruggeven ondanks ernstige, chronische gezondheidsproblemen.